Tag Archives: luisteren

Praten met je kleuter

Praten met je kleuter

Kleuters  zijn erg verschillend. Het ene kind vertelt heel veel, het andere kind bijna niets. Soms kan een kind zich nog moeilijk uitdrukken of is zijn/haar woordenschat nog beperkt. Maar ook kan het nog bezig zijn de vele indrukken van een dag in zich op te nemen. Misschien staat zijn of haar hoofd er dan niet naar om antwoorden te moeten geven. Soms is je kind nog te onzeker in wat het doet en mist het nog een stukje zelfvertrouwen.  Dan is het soms best moeilijk voor een kind om precies iets te kunnen vertellen wat jij wil weten.
Wanneer een kind zich al wel redelijk kan uitdrukken kan het er zelfs een “uitdaging” in zien om juist spontaan en ongevraagd iets te kunnen vertellen. Laat dat maar gebeuren!
Als ouders wil je weleens graag het fijne weten van wat je kind zoal gedaan en meegemaakt heeft op een dag. Maar hoe breng je een goed gesprekje op gang zonder dat je kind of jijzelf geïrriteerd raakt?

Aanmoedigen om te vertellen

Ouders gaan er vaak vanuit dat hun kind wel begrijpt waarom ze weleens vragen stellen. Maar vooral een kleuter leeft nog zo in zijn eigen wereldje van egocentrisme en fantasie dat hij of zij eigenlijk niet begrijpt waarom je dingen vraagt.  Vertel daarom eerst waarom je graag iets wilt weten. Bijvoorbeeld: “papa en mama vinden het fijn om te weten of alles goed gaat met je op school, of als je bij een vriendje bent om te spelen”.
Daarbij kun je eventueel ook uitleggen dat je het prettig vindt, als je kind tevreden is en blij. En dat jullie, als ouders, er altijd zijn om hem/haar te helpen als dat niet zo is. Kinderen vragen vaak iets aan hun ouders en soms vragen ouders ook weleens iets aan hun kind. Soms kan je ook bijvoorbeeld een voorwerp, een foto of andere afbeelding gebruiken om een gesprek op gang te helpen.

Enkele tips voor een gesprek met je kind:

– Neem altijd rustig de tijd om met je kind in gesprek te gaan.
– Kleuters komen soms nog moeilijk uit hun woorden. Probeer ze dan niet te onderbreken en hun zinnen voor hen af te maken. Laat ze iets eerst op hun eigen manier vertellen.
– Kleuters communiceren ook nog erg met hun lichaam. Bijvoorbeeld wiebelen, armen zwaaien, hoofd heen en weer bewegen. Houd daar rekening mee en kies liefst een rustig zitplekje uit.
– Ga op dezelfde (oog)hoogte zitten als je kind.
– Probeer je vragen zo te stellen, dat je kind niet altijd met “ja” of “nee”, “leuk” of “stom”  kan antwoorden. (gesloten vragen) Vraag bijvoorbeeld “vertel eens wat je gedaan hebt met het buitenspelen”, of “wat moest je bouwen in de bouwhoek?” Stel liever concrete (open) vragen.
– Probeer het gesprekje niet te lang te laten duren.
– Rond het gesprekje ook af, zodat je kind weet dat het weer iets anders kan gaan doen.
– Respecteer wanneer je kind eens een keertje niet wil praten, maar zeg dan wel dat je er op een ander moment nog op terug zal komen.
– Als je kind jou iets vraagt, geef dan altijd antwoord in eenvoudige, gemakkelijk te begrijpen taal.
– Gaat het om een gevoelig gesprekje, dan kan het verstandig zijn om iets om handen te hebben, zoals afwassen of aardappelen schillen. Het kind voelt zich dan niet zo belast en het gesprek wordt niet zo gespannen.
– Luister ook bewust naar je kleuter! Laat je kind gerust zijn/haar mening vertellen en  zeggen wat hem/haar bezig houdt. Dat kan iets leuks zijn, maar misschien ook iets vervelends. Spreek in het laatste geval eens samen over een oplossing.

Door te praten met je kind blijf je steeds geïnformeerd, toon je oprechte interesse en geef je blijk van medeleven. Maar ook help je je kleuter zich goed uit te drukken. Het ontwikkelen van de verbale communicatie van kinderen is heel belangrijk. Als je hen daarbij helpt, hebben ze daar een leven lang plezier van.

In een volgend artikel zal ik een aantal voorbeelden geven van vragen die je aan je kind kunt stellen om een gesprek op gang te brengen en ook hoe je je kleuter kunt leren goed te luisteren.

Kringactiviteiten

Samen luisteren, praten, spelen

Tijdens een schooldag zitten de kinderen regelmatig in een kring, samen met de leerkracht. Zij luisteren, praten, doen spelletjes, denken na, krijgen en geven aandacht etc. Kringactiviteiten zijn een vast onderdeel van iedere schooldag in de kleutergroep. De manier waarop ze worden ingevuld kan per school en zelfs per juf of meester verschillen.

Op de meeste scholen wordt begonnen in de kring. De dag wordt geopend met een liedje. Iedereen wordt weer welkom geheten in de klas. Soms begroeten de kinderen elkaar door een hand te geven en elkaar goede morgen te wensen.
Dan wordt vaak iedere dag hetzelfde ritueel gedaan: Welke dag is het vandaag? Wie weet welke datum het is en welke maand? Wat voor weer is het? Voor de meeste onderwerpen is er wel een liedje, zoals een dagen-van-de-weekliedje” of een “weerliedje”.

Allerlei doeleinden

Waarom is de kring zo belangrijk? Daarvoor zijn allerlei praktische redenen:

  • Voor de taalontwikkeling wordt een verhaal verteld of voorgelezen. De kinderen leren om te luisteren, om te concentreren, om te denken (als de juf vragen stelt over het verhaaltje), om hun fantasie te stimuleren. Ze leren ook om naar elkaar te luisteren.
  • Om begrippen te oefenen krijgen de kinderen eenvoudige opdrachten. “steek je handen in de lucht”, “ga eens op je stoel staan, ga eens naast, achter of voor een kind staan” etc.
  • Om kleuren te oefenen worden spelletjes gedaan, zoals “Ik zie, ik zie”……iets roods.
    Kinderen zoeken in de klas iets roods en zetten dat dan in het midden van de kring.
  • Om het geheugen te trainen met behulp van geheugenspelletjes. Daarbij worden bijvoorbeeld voorwerpen op een tafel gelegd in het midden van de kring. Nadat de kinderen goed gekeken hebben, gaat er een doek over. “Wie kan opnoemen wat er onder het doek ligt?” Of telkens een voorwerp weghalen: “Wat is er weg?”
  • Om de waarneming te testen zijn er spelletjes zoals “Ik zie, ik zie”, iets vierkant, iets ronds, etc.
  • Om tijdsbesef bij te brengen  wordt een tijdwijzer gebruikt en wordt aan de kinderen gevraagd “Welke dag is het? “Is het nu morgen of middag?” “Wat doe je ‘s avonds?” “Over hoeveel nachtjes slapen is het feest?” “Noem eens de dagen van de week op” of “Welk seizoen is het nu?”
  • Voor een beetje inzicht in rekenen worden o.a. rekenspelletjes gedaan. Bijvoorbeeld: “Er liggen 4 kastanjes op de tafel, ik haal er eentje weg. Hoeveel liggen er nu nog?” Of “Ik doe er 2 bij hoeveel liggen er dan?”

Aan het einde van de schooldag zitten de kinderen weer in de kring en wordt soms geëvalueerd:

– Wat vond je fijn vandaag en waarom?
– Wat ging er mis en waardoor? Hoe kan het de volgende keer anders?
– Wat heb je vandaag geleerd?
– Wat vond je moeilijk?
– Wat vond je gemakkelijk?
Dan wordt afscheid genomen met een liedje en wenst iedereen elkaar een fijne thuiskomst toe.

Iedere leerkracht pakt kringactiviteiten wel een beetje anders aan, zodat ik heb volstaan met een aantal praktische voorbeelden. Juist dit soort activiteiten doen een groot beroep op de ervaring en het improvisatievermogen van de leerkracht.