De school

De basisschool

Op de basisschool wordt onderwijs gegeven aan kinderen van 4 t/m circa 12 jaar. Vanaf de 5e verjaardag is ieder kind leerplichtig. Voordat in 1985 de basisschool werd ingevoerd gingen de kinderen eerst 2 jaar naar de kleuterschool en daarna minimaal 6 jaar naar de lagere school. In de ongeveer 6.700 basisscholen die Nederland telt leren de kinderen ondermeer elementaire zaken, zoals rekenen en taal. Daarmee leggen ze het fundament voor het voortgezet onderwijs dat het beste bij hen past.

Het basisonderwijs is onderverdeeld in zogenaamde “bouwen”:
– Onderbouw (groep 1 en 2)
– Middenbouw (groep 3, 4 en 5)
– Bovenbouw (groep 6, 7 en 8)

Hieronder een globale omschrijving van de belangrijkste leerstof, ongeveer geordend per leerjaar. De aanduiding van de leeftijden en de leerstof is slechts een globale indicatie:

Groep 1 (Jongste kleuters van 4 en 5 jaar):.
Vanaf zijn of haar 4e verjaardag mag een kind naar groep 1. Vanaf de 5e verjaardag is ieder kind leerplichtig.

Groep 2 (Oudste kleuters van 5 en 6 jaar):
Deze kinderen zijn leerplichtig. In dit leerjaar worden allerlei voorbereidende oefeningen voor groep 3 gedaan. Ook de sociale vaardigheid speelt een rol, zodat de leerling met andere kinderen leert omgaan. Via puzzels, kleuren en vormen leert de leerling ook aspecten zoals simpele probleemoplossing.
In de groepen (“kleuter”) groepen  1 en 2 ligt de nadruk ligt op het spelend leren.

Groep 3 (Kinderen van 5, 6 en 7 jaar):
Vooral het aanvankelijk lezen, spellen en rekenen staan in groep 3 centraal. De kinderen leren eenvoudige sommen uit te rekenen.

Groep 4 (Kinderen van 6, 7 ,8 en 9 jaar):
In dit jaar leren de kinderen tellen tot 100, vermenigvuldigen en delen en het schrijven van hoofdletters.

Groep 5 (Kinderen van 7, 8, 9,10 jaar):
In dit jaar krijgen de leerlingen een uitbreiding van groep 4.

Groep 6 (Kinderen van 8, 9, 10 en 11 jaar):
In deze groep wordt aandacht besteed aan onder meer topografie van Nederland.

Groep 7 (Kinderen van 9, 10, 11 en 12 jaar):
Op sommige scholen beginnen de leerlingen met Engels. Verder wordt de topografie van Europa behandeld. Ook krijgen de leerlingen op sommige scholen de entreetoets van het Cito.

Groep 8 (Kinderen van 10, 11, 12 en 13 jaar):
Naast topografie van de wereld en Engels krijgen de leerlingen de geschiedenis van de twintigste eeuw als lesstof. Wettelijk gezien kunnen kinderen tot hun veertiende op de basisschool blijven. In deze groep worden de leerlingen voorbereid op het voortgezet onderwijs. Veel basisscholen nemen een eindtoets af. Alle kinderen dienen aan het eind van groep 8 de wettelijk voorgeschreven doelen voor taal en rekenen te hebben behaald.