Category Archives: Sociale vaardigheden

Liefde voor je kleuter

Liefde voor je kleuter

Ouders hebben het állerbeste met hun kind voor en willen het liefst tegen iedere negatieve ervaring beschermen. Maar is die houding altijd wel zo goed? Wat is er mis mee als je jonge kind eens wordt teleurgesteld of een beetje pijn ervaart? Je kunt je kleuter geen grotere dienst bewijzen dan door hem of haar weerbaar te maken en hem of haar te leren dat niet altijd alles in het leven van een leien dakje kan gaan.

Vallen en opstaan

Toen je kind voor het eerst leerde lopen hield je beschermend je armen om hem heen om het op te vangen als het mis zou gaan. En soms ging het mis, maar uiteindelijk leerde het lopen, rennen en springen. Je helpende werd overbodig, maar er volgden nieuwe uitdagingen, omdat je kind telkens zijn grenzen verlegt. En opnieuw gaat er weleens iets fout en heeft je kind verdriet en pijn. Feitelijk kun je niet veel meer doen dan de risico’s beperken. Er is niets mis mee als je figuurlijk je armen beschermend om je kleuter legt, maar maak er geen beklemmende houdgreep van.

Baby’s zijn beperkt in hun mogelijkheden om emoties naar buiten te brengen. Ze lachen of ze huilen. Maar zodra ze leren praten kunnen ze hun gevoelens steeds beter uitdrukken. Desondanks vallen ze soms nog terug op hun meest primaire uitdrukkingswijze: het huilen. Zelfs volwassenen doen dat, als emoties hen teveel worden. Kinderen weten dat hun ouders intuïtief reageren als ze gaan huilen. Dan gaan ze helpen en troost bieden. Dan krijgen ze aandacht. Gelukkig maar, als er échte nood is, maar het wordt een probleem als je kind je met huilen gaat manipuleren.

Communicatiemiddel

Sommige peuters en zelf kleuters gebruiken huilen als communicatiemiddel. Ze gaan huilen, telkens als er eens iets tegenzit. En de ouders draven onmiddellijk op om het probleem van hun kind aan te pakken, vooral door hun kind z’n zin te geven. Lukt dat niet, dan zet het kind gewoon een nieuwe huilbui in of grijpt zelfs naar een nóg krachtiger “wapen” het krijsen. Dat laatste vooral als het merkt dat de begeleidende ouder zich geneert voor de omstanders. Zijn kinderen nou echt zo gemeen? Nee, maar ze worden geholpen door hun natuurlijke intuïtie. Ze kennen de onvoorwaardelijke loyaliteit van hun ouders en maken daar gebruik van. Of … misbruik…

Grenzen

Stel duidelijke grenzen. Wanneer het weet dat je niet gevoelig bent voor hun gehuil en gedram houdt het daar al snel mee op. Kijk anders maar eens naar een opvoedprogramma als “nanny” Joe Frost. Maar ook wanneer je je kind geleerd hebt “normaal” te doen en gewoon te praten (net als pappa en mamma) dan nog kun je het niet steeds z’n zin geven.

Weerbaar en zelfstandig maken

Sommige ouders doen er alles voor om hun kind overal en altijd voor tegenslag te behoeden. Knuffel onvindbaar? Mamma zet het hele huis op z’n kop. Ruzie met een vriendjes? Mamma trekt erop uit om het op te lossen. Een standje gekregen op school? Moeder spreekt de juf er op aan. Wanneer je voortdurend ieder probleempje voor je kind oplost wordt het nooit weerbaar en zelfstandig. Sommige ouders houden dit – in een of andere vorm – vol tot hun kinderen volwassen worden. Nouja, eigenlijk worden ze nóóit volwassen. Bij volwassenheid hoort immers dat je gewoon je eigen problemen aanpakt. En daar hebben ze nooit de kans voor gekregen.  Echte liefde voor je kleuter betekent dat je begint met hem of haar weerbaar te maken voor tegenvallers, leert omgaan met ruzietjes, met een geschaafde knie, een val uit de schommel of even op de beurt wachten. Je kind eindeloos aan het armpje meenemen door het leven is kiezen voor korte termijn oplossingen, is als een kusje op de knie als het gevallen is. Zelfredzaamheid daarentegen is een geschenk waar je kind z’n hele verdere leven plezier aan beleeft.

Praten met je kleuter

Praten met je kleuter

Kleuters  zijn erg verschillend. Het ene kind vertelt heel veel, het andere kind bijna niets. Soms kan een kind zich nog moeilijk uitdrukken of is zijn/haar woordenschat nog beperkt. Maar ook kan het nog bezig zijn de vele indrukken van een dag in zich op te nemen. Misschien staat zijn of haar hoofd er dan niet naar om antwoorden te moeten geven. Soms is je kind nog te onzeker in wat het doet en mist het nog een stukje zelfvertrouwen.  Dan is het soms best moeilijk voor een kind om precies iets te kunnen vertellen wat jij wil weten.
Wanneer een kind zich al wel redelijk kan uitdrukken kan het er zelfs een “uitdaging” in zien om juist spontaan en ongevraagd iets te kunnen vertellen. Laat dat maar gebeuren!
Als ouders wil je weleens graag het fijne weten van wat je kind zoal gedaan en meegemaakt heeft op een dag. Maar hoe breng je een goed gesprekje op gang zonder dat je kind of jijzelf geïrriteerd raakt?

Aanmoedigen om te vertellen

Ouders gaan er vaak vanuit dat hun kind wel begrijpt waarom ze weleens vragen stellen. Maar vooral een kleuter leeft nog zo in zijn eigen wereldje van egocentrisme en fantasie dat hij of zij eigenlijk niet begrijpt waarom je dingen vraagt.  Vertel daarom eerst waarom je graag iets wilt weten. Bijvoorbeeld: “papa en mama vinden het fijn om te weten of alles goed gaat met je op school, of als je bij een vriendje bent om te spelen”.
Daarbij kun je eventueel ook uitleggen dat je het prettig vindt, als je kind tevreden is en blij. En dat jullie, als ouders, er altijd zijn om hem/haar te helpen als dat niet zo is. Kinderen vragen vaak iets aan hun ouders en soms vragen ouders ook weleens iets aan hun kind. Soms kan je ook bijvoorbeeld een voorwerp, een foto of andere afbeelding gebruiken om een gesprek op gang te helpen.

Enkele tips voor een gesprek met je kind:

– Neem altijd rustig de tijd om met je kind in gesprek te gaan.
– Kleuters komen soms nog moeilijk uit hun woorden. Probeer ze dan niet te onderbreken en hun zinnen voor hen af te maken. Laat ze iets eerst op hun eigen manier vertellen.
– Kleuters communiceren ook nog erg met hun lichaam. Bijvoorbeeld wiebelen, armen zwaaien, hoofd heen en weer bewegen. Houd daar rekening mee en kies liefst een rustig zitplekje uit.
– Ga op dezelfde (oog)hoogte zitten als je kind.
– Probeer je vragen zo te stellen, dat je kind niet altijd met “ja” of “nee”, “leuk” of “stom”  kan antwoorden. (gesloten vragen) Vraag bijvoorbeeld “vertel eens wat je gedaan hebt met het buitenspelen”, of “wat moest je bouwen in de bouwhoek?” Stel liever concrete (open) vragen.
– Probeer het gesprekje niet te lang te laten duren.
– Rond het gesprekje ook af, zodat je kind weet dat het weer iets anders kan gaan doen.
– Respecteer wanneer je kind eens een keertje niet wil praten, maar zeg dan wel dat je er op een ander moment nog op terug zal komen.
– Als je kind jou iets vraagt, geef dan altijd antwoord in eenvoudige, gemakkelijk te begrijpen taal.
– Gaat het om een gevoelig gesprekje, dan kan het verstandig zijn om iets om handen te hebben, zoals afwassen of aardappelen schillen. Het kind voelt zich dan niet zo belast en het gesprek wordt niet zo gespannen.
– Luister ook bewust naar je kleuter! Laat je kind gerust zijn/haar mening vertellen en  zeggen wat hem/haar bezig houdt. Dat kan iets leuks zijn, maar misschien ook iets vervelends. Spreek in het laatste geval eens samen over een oplossing.

Door te praten met je kind blijf je steeds geïnformeerd, toon je oprechte interesse en geef je blijk van medeleven. Maar ook help je je kleuter zich goed uit te drukken. Het ontwikkelen van de verbale communicatie van kinderen is heel belangrijk. Als je hen daarbij helpt, hebben ze daar een leven lang plezier van.

In een volgend artikel zal ik een aantal voorbeelden geven van vragen die je aan je kind kunt stellen om een gesprek op gang te brengen en ook hoe je je kleuter kunt leren goed te luisteren.

Educatieve spelletjes

Educatieve spelletjes voor kleuters

Vooral tegen het einde van de zomervakanties vragen ouders zich vaak af hoe ze hun kind(eren) toch iedere dag weer nuttig en aangenaam bezig kunnen houden. Wat geef je je kind(eren) bijvoorbeeld te doen als ze dagenlang noodgedwongen binnen zitten? Educatieve spelletjes bieden uitkomst!

Ieder kind vindt het leuk om alleen of samen met anderen te spelen. Door het spelen ontwikkelen zij zich en ontdekken spelenderwijs steeds nieuwe dingen aan het spel. Vooral als je kind alleen speelt leert het zelf te “experimenteren”. Bij samenspel leren kinderen van elkaar. Bijvoorbeeld door dingen voor te doen en aan elkaar uit te leggen.

Er zijn veel educatieve spelletjes op de markt. Juist om kinderen te helpen bij hun ontwikkeling en ze tijdens een spel te leren en te laten nadenken. Maar ook om hen te leren iets te verwoorden, vragen te stellen en hun woordenschat uit te breiden. Met behulp van spelletje kunnen kleuters onder andere leren te tellen. Bijvoorbeeld door stapjes te maken met een pionnetje. Bovendien kunnen ze vaak kennis opdoen op verschillende gebieden. Ze leren bovendien om sámen te spelen en dat je bij een spel kunt winnen en maar óók verliezen. Ook kan het spelen van een spel het zelfvertrouwen en de zelfkennis van het kind versterken.

Spelletjes voor kleuters

Voor iedere leeftijdscategorie zijn er verschillende spellen in de handel. Hieronder enkele educatieve spelletjes, speciaal voor kleuters.

Gezelschapsspellen: Ganzenbord, Mens erger je niet junior (of Huisje-boompje-beestje), Rummikub junior etc. Doel is: leren samen spelen! Leren verliezen/winnen. Tellen met de dobbelsteen.

Electro: Een spel waarbij een lampje gaat branden als je kind een goed antwoord geeft.
Doel: kennis opdoen over verschillende onderwerpen. Bijvoorbeeld het leren van vormen & kleuren, letters, cijfers, de klok en nog veel meer thema’s die ook op de school aan de orde komen.

Wie is het?: Een spel om door samen vragen te stellen er achter te komen wie gezocht wordt.
Hiermee leert je kind zich mondeling uit te drukken en vragen te stellen.

Mini loco/Loco Bambino:  Een spel met kaartjes in doosje en een boekje, waarbij op verschillende gebieden (ook op taal- en reken gebied) kennis wordt opgedaan. D.v.m. oog-hand-coördinatie.

kwartetspelen: samenspel om te leren denken, verwoorden en “tactisch” te spelen.

knappe koppen: een bordspel voor ouders om samen met hun kinderen te spelen. Het bestaat uit kaarten met vragen. Wat weet/kent het kind  al? Het spel is vooral gericht op het sterker maken van het zelfvertrouwen van het kind.

– Memory: Dit spel helpt kinderen om sámen hun denkvermogen te ontwikkelen.

Hide & seek: Dit is een logisch denkspel met 48 opdrachten van eenvoudig tot gecompliceerd.
Het bestaat uit een spelbord met afbeeldingen en 4 puzzelstukken. De puzzelstukken worden zo neergelegd dat er van elke afbeelding evenveel zichtbaar blijft als in de opdracht wordt gevraagd.

Lottospel: Bij dit groepsspel wordt gebruik gemaakt van grote en kleine kaartjes. De kleine kaartjes moeten op de grote kaart geplaatst worden. Wie het eerst zijn grote kaart vol heeft is winnaar.
Bij dit spel staat “geheugentraining” centraal, maar ook “tactisch” spelen.

Kleurentorentjes: Bij dit groepsspel leren kinderen met behulp van een kleurendobbelsteen kleuren te onderscheiden en herkennen.

Scrabble junior: Dit gezelschapsspel maakt gebruik van combinaties ven letters en woorden.

– Legpuzzels: Legpuzzels van 9 tot 64/100 stukjes bevorderen het ruimtelijk inzicht van je kind.

– Leesspelletjes: Deze zijn goed voor het oefenen van letters. Voorbeelden: magnetische letterdoos, ik leer lezen, etc.

– Tangram: (Samen)spel om te leren  van bepaalde vormen figuren te maken. Dit spel kan gebruikt worden om het ruimtelijk inzicht van je kind te bevorderen.

Bingo: Bij dit gezelschapsspel leert je kind te luisteren en te reageren .

Naast de hier globaal beschreven spellen zijn er nog veel meer spellen in de handel om je kind te helpen kennis op te doen, en zijn of haar ontwikkeling te bevorderen. Kijk bijvoorbeeld eens op de website www.bol.com

Bovendien zijn er online heel veel educatieve apps en spelletjes te vinden. Met name spelletjes die op een tablet of PC gespeeld kunnen worden. Kijk daarvoor o.a. eens op : www.kleutertabletportaal.nl  of www.squla.nl

samen boodschappen doen

Altijd goed voorbereiden

Als je met je kleuter boodschappen gaat doen kun je het beste een tijdstip uitkiezen waarop het in de winkel niet te druk is. Dat is voor jou en je kleuter het prettigst. Bereid hem of haar even goed voor.  Vertel dat jullie samen naar de winkel gaan om wat dingen te kopen, die nodig zijn. Ga vooraf na wat je nodig hebt en probeer je kind daar al bij te betrekken.  Misschien heeft het zélf ook dingen nodig. Maak een boodschappenlijstje en leg je kind uit waarom je alles opschrijft. Zo vergeet je geen dingen. (Tip: Maak eventueel ook voor je kind een boodschappenlijstje, maar dan met plaatjes, zodat je kind kan afstrepen wat al in de kar ligt.) Vertel van te voren dat het bijvoorbeeld koekjes mag uitkiezen of het toetje voor die avond. Voor je kind is het duidelijkst als je jezelf in de winkel ook aan het lijstje houdt. Toch kan het voorkomen dat je in de winkel artikelen ziet die je alsnog wilt kopen. Leg dan even uit waarom je dat doet.

Meedenken

Samen boodschappen doen betekent ook dat je je kind laat meedenken. Wat heb je nodig om boodschappen te doen? Natuurlijk een tas om de boodschappen in te doen en ook geld of een pasje om te betalen.  Misschien een speciale tas voor de diepvriesspulletjes? Je gaat samen naar de winkel. Maar vertel al vooraf dat als je in de winkel bent je je ook netjes moet gedragen. Alle mensen lopen, praten, en doen er de boodschappen gewoon! (zonder te schreeuwen, rennen en gillen).

Geef je kind ook een taakje en verantwoordelijkheid.  Je kind leert zo de winkel kennen en  boodschappen te doen.

– Geef het een eigen boodschappenwagentje

– Misschien kan het ook wat spulletjes gaan zoeken, zoals het brood, de melk, de hagelslag, etc.

– Laat het de groenten afwegen.

– Vertel dat je dingen koopt, die je op je boodschappenbriefje hebt geschreven. En dus niets anders.

– Laat je kind bij de kassa meehelpen de boodschappen op de band te zetten.

– Vergeet je kind niet te complimenteren als het goed gegaan is.

Wat als je kind toch gaat zeuren?

Mocht je kind tóch gaan zeuren maak het dan duidelijk dat het zich rustig dient te gedragen. In het  uiterste geval dat het eventueel gillend en schreeuwend zijn zin wil hebben,  neem je het zo gauw mogelijk mee naar buiten en worden er geen boodschappen meer gedaan. Ook de “leuke” dingen van het lijstje blijven in de winkel.  Jammer, dan. Kinderen leren dat als ze zich gedragen er meer mogelijk is dan wanneer ze zich misdragen.

Commercie

Vooral als je zélf artikelen koopt die niet op je lijstje staan kan je kind daarin een vrijbrief zien om bij ongeveer alles wat het in de winkel graag wil hebben te gaan zeuren om het in het karretje te leggen. Doorgaans doet de commercie er alles aan om je kind te “verleiden” met mooie logo’s, met kleurtjes en figuurtjes die ze bijvoorbeeld kennen van de TV of tablet. Misschien kun je eens een enkele keer een verrassingsaankoop doen om je kind te belonen als het zich goed heeft gedragen. Maar… maak daar liever geen gewoonte van!

 

Je kind in het ziekenhuis

Je kind in het ziekenhuis 

Als je kind naar het ziekenhuis moet is dat zowel voor je kind als voor jezelf onprettig, spannend en ingrijpend. Voor een volwassene is zo’n situatie nog redelijk te overzien, maar voor een kind is dat zeker niet het geval. Daarom is het heel belangrijk om je kind goed op een verblijf in het ziekenhuis voor te bereiden. Daarmee geef je het op z’n minst het gevoel een beetje controle te hebben over de situatie en raakt het niet snel getraumatiseerd.

Aanleiding

Wanneer je kind bijvoorbeeld door een ongeval plotseling in het ziekenhuis belandt, is het uiteraard onmogelijk om het daarop tijdig voor te bereiden. Maar meestal gaat het om bijvoorbeeld een ingreep, onderzoek of observatie. De ziekenhuisopname wordt dan over het algemeen voorafgegaan door bezoeken aan de huisarts of specialist(en). Omdat dan geleidelijk de noodzaak van de opname duidelijk wordt, is er meestal alle tijd om je kind voor te bereiden.

Natuurlijk vind je als ouder zo’n ingreep minstens even spannend als je kind. Probeer desondanks je gevoelens in het bijzijn van je kind voldoende onder controle te houden. Hoe moet het kind zich immers voelen als de ouders al zo gestrest reageren? Laat daarom je eventuele emoties niet de overhand krijgen en denk goed na over hoe je je kind het beste kunt voorbereiden.

Voorbereiding door de ouders

  1. Neem rustig de tijd om je kind op een ontspannen manier te vertellen waarom het naar het ziekenhuis moet.
    2.  Laat je kind niets merken van je eigen gevoelens.
    3.  Vraag aan je kind wat het al weet en wat het eventueel nog meer wil weten.
    4.  Bepaal zelf wanneer je je kind over de ziekenhuisopname gaat vertellen. Als ouder weet je zelf het beste of je kind maar een korte voorbereidingstijd nodig heeft of juist meer verwerkingstijd.
  2. Uiteraard begin je niet over dit onderwerp, vlak voordat je kind gaat slapen.
  3. Laat je kind gerust vragen stellen en beantwoord die eerlijk en zonder omhaal.
  4. Bereid je kind voor op datgene wat het bewust gaat meemaken.
  5. Maak voor de duidelijkheid gebruik van boeken, platen, foto’s, folders, doktersspulletjes, etc.
    9.   Maak met je kind samen een plan hoe jij hem/haar het beste kan ondersteunen.
    10. Wanneer het voor jou duidelijk is wat er gaat gebeuren (vanwege een kleine ingreep), kun je je kind duidelijk maken wat het te wachten staat. Vertel wat de dokter zal doen, wat hij voor het onderzoek zal gebruiken en waar het allemaal gaat gebeuren.


Voorbereiding door het ziekenhuis

Bij een wat meer ernstige medische ingreep worden er vaak door het ziekenhuis voorbereidingen getroffen. Onder andere worden de verschillende materialen, die gebruikt worden, bekeken en uitgelegd. Ook de ruimte waar het zal plaatst vinden, wordt bekeken. Je kind kan misschien niet alles onthouden wat er gezegd is. Meestal kun je thuis alles nog even op een rijtje zetten en eventuele vragen van je kind beantwoorden.

Veraangenamen

Vooral een wat langer verblijf in het ziekenhuis is voor je kind een hele onderneming. Laat daarom merken dat je altijd in de buurt bent en stel je kind gerust door bijvoorbeeld zijn of haar vertrouwde knuffel mee te geven en eventueel wat speelgoed. Alles uiteraard binnen de regels van het ziekenhuis. En vergeet niet: Een klein presentje in het vooruitzicht maakt het allemaal wat milder.

Gehoorzaam zijn valt te leren

Consequent zijn is de sleutel

Waarom gehoorzaamt mijn kind op school wél en is het thuis soms zo onhandelbaar? Wie is er niet soms jaloers op de juf die wél de baas is? Het geheim van de juf is: consequent zijn! Vooral de vaak overvolle klassen in het tegenwoordige onderwijs vragen om veel discipline van de kinderen en de leerkrachten. Om ieder kind voldoende tot z’n recht te laten komen is een goed leerklimaat nodig, met voldoende rust voor de kinderen en overzicht voor de leerkracht.

Consequent

Kinderen zijn het meest op hun gemak in situaties die zij voldoende kunnen overzien. Bijvoorbeeld een voorspelbaar dagprogramma, maar ook voldoende rust in de klas. Vooral in de kleuterklas wordt daarom veel aandacht besteed aan gedragsregels. Onder andere netjes op je stoeltje zitten, niet door elkaar heen praten, hand opsteken als je het woord wilt, niet schreeuwen en op je beurt wachten. Het handhaven van de rust in de klas is noodzakelijk voor goed onderwijs. Daarom wordt ieder kind vanaf de eerste dag op school telkens herinnerd aan de regeltjes, net zo lang tot het zich voldoende aan de situatie op school heeft aangepast.

Tact

Sommige kinderen hebben even tijd nodig om aan de regeltjes te wennen. Dan is het vaak beter de teugels even wat te laten vieren en niet te veeleisend te zijn. Als een kind bijvoorbeeld nog niet in de kring wil gaan zitten dan mag het best blijven staan of wat buiten de kring gaan zitten. Het merkt dan vanzelf dat de andere kinderen zich wél aanpassen. Meestal volgt het nieuwe kind al snel hun voorbeeld, maar soms vraagt dat wat meer tijd. Teveel aandringen en een te dwingende aanpak werkt vaak averechts en leidt alleen maar tot een onnodige machtsstrijd en onrust in de klas. Een goede leerkracht is een professional die te allen tijde rustig blijft, ook in de zeldzame gevallen dat een kind zich echt problematisch gedraagt.

Thuis

De omstandigheden op school zijn nauwelijks te vergelijken met die in de thuissituatie. De leerkracht is de gehele dag alleen maar met haar groep bezig, terwijl je kind thuis de aandacht van zijn of haar moeder vaak moet delen met huishoudelijke zaken. Daarom is het zo belangrijk dat moeder af en toe wat tijd vrijmaakt om leuke dingen te doen met de kinderen. Bij thuiskomst samen wat drinken bijvoorbeeld en even infomeren hoe het op school was. Feitelijk doet de leerkracht dat ook en vaak kan ze gesprekjes met de kinderen (al dan niet in de kring) aangrijpen om hen iets te leren.
Als bijvoorbeeld een kind gepest wordt kan de juf daarover in de groep praten en hen leren hoe met zulke situaties om te gaan. Jij, als ouder, kunt dat thuis ook doen! Doe eens een spelletje als er tijd voor is. Accepteer daarbij niet dat een van de kinderen het voor de anderen verpest. Zie consequent toe op naleving van de regeltjes die je in je gezin hebt “afgesproken”. Ook thuis is consequent zijn het sleutelwoord.

Hinderlijk gedrag

Gedragen alle kinderen zich altijd volgens de regeltjes van de school? U raadt het al… dat is natuurlijk niet het geval. Er gaat altijd weleens wat mis. Maar dat hoort erbij, net zoals een keertje in de broek plassen of van de schommel vallen… Soms heeft een kind gewoon z’n dag niet en moet de leerkracht weleens wat door de vingers zien. Maar over het algemeen geldt dat je kind veel meer plezier in het leven krijgt als het zich acceptabel gedrag eigen maakt. Veel onnodige stress wordt vermeden als duidelijk is dat hinderlijk gedrag niet wordt geaccepteerd. Op de school geldt “ja = ja” en “nee = nee”. Daar valt niet op af te dingen en het is voor iedereen duidelijk. Trouwens…. niet verder vertellen hoor! Dat is het geheim van de juf!

Gesprek aan de eettafel

Het gesprek aan de eettafel

De gezamenlijke maaltijd is heel geschikt om met je kinderen te praten over wat hen bezighoudt. Daardoor leer je hen niet alleen beter kennen, maar kun je hen als ouders ook veel nuttige dingen bijbrengen. Bijvoorbeeld over hoe ze met kleine probleempjes kunnen omgaan en wat ze uit situaties kunnen leren.

Regelmaat

Ieder gezin heeft behoefte aan regelmaat. Aan het begin van de dag is die regelmaat in veel gezinnen vaak ver te zoeken. Iedereen is vooral bezig zo snel mogelijk klaar te zijn voor vertrek naar de school of het werk. In zulke gevallen doet een half uurtje eerder opstaan vaak wonderen, maar vertel dat maar eens aan een humeurig kind dat moeite heeft om in de benen te komen. Het ontbijt is daarom geen geschikt moment voor diepzinnige gesprekken. Tóch is het goed om bij alle maaltijden sámen aan tafel te zitten, dus ook bij het ontbijt. Vooral voor gezinnen met een drukke agenda is het ontbijt vaak een goed moment om de planning van de dag even door te spreken. Bijvoorbeeld voor gezinnen met twee werkende ouders en een of meer kinderen op een sportclub of dagopvang.

Bij scholen met een continurooster vervalt vaak het middageten thuis, zodat vooral het avondeten een belangrijk contactmoment is. Met een bord op schoot voor de tv zitten is géén optie. Samen aan tafel eten is écht een must!

Belangstelling

Als ouders rustig met hun kind(eren) aan tafel zitten kunnen ze hun ervaringen uitwisselen. Probeer als ouders niet over de hoofden van de kinderen heen te praten, maar deel je ervaringen óók met hen op een manier die ze kunnen begrijpen. En…. héél belangrijk… laat je kind(eren) ook zelf aan het woord.

Als ouder laat je je kind natuurlijk zijn of haar verhaal doen en vraag je naar de ervaringen op school. Waar nodig kun je situaties uitleggen die het nog niet helemaal begrijpt. Help het verhaal eventueel een beetje op gang door vragen te stellen.
Vragen zoals “Wat heb je vandaag allemaal gedaan?” vindt je kind meestal maar lastig. Vraag liever “Heb je vandaag mogen tekenen?” of “Heeft de juf over de herfst verteld?”. Daarmee leer je je kind niet alleen een gesprekje goed op te bouwen en zich goed uit te drukken, maar ontdek je ook al gauw hoe het dingen heeft beleefd.

Verbale ontwikkeling

Op school wordt veel aandacht besteed aan de verbale ontwikkeling van kinderen, waaronder het vermogen zich helder en verstaanbaar uit te drukken. Thuis kun je daar ook veel aan doen door op de eerste plaats interesse te tonen, maar ook je kind waar nodig nog voorzichtig wat te corrigeren. Mocht uit de verhalen van je kleuter blijken dat deze tobt met bijvoorbeeld de omgang met andere kinderen, dan kun je misschien wat oplossingen aanreiken.  Zo help je je kind ook weerbaarder te worden en zélf probleempjes aan te pakken. Mocht dat geen goede oplossing zijn biedt dan aan er eens met de leerkracht over te praten.

Deel met je kinderen ook gerust je eigen ervaringen. Bijvoorbeeld door hen uit te leggen waarom je niet altijd aan hun wensen tegemoet kunt komen. Maar ook kun je hen vertellen over probleempjes die je soms tegenkomt en hoe je daarmee bent omgegaan. Zo maak je duidelijk dat het best normaal is als niet alles altijd vanzelf gaat. Weerstand en tegenslag horen bij het leven en waarom zou je dat je kinderen niet eens uitleggen? Soms is de maaltijd ook een goed moment om eens terug te komen op de vraag waarom je je kind eerder op de dag bestraft hebt. Als je zo’n gesprek niet “in the heat of the moment” voert, maar rustig aan tafel zal dat wederzijds tot beter begrip leiden. Feitelijk is een goed en rustig gesprek aan tafel onmisbaar.

Uit logeren

Uit logeren

Het komt weleens voor dat je kind ergens gaat logeren. Bijvoorbeeld wanneer je als ouders een avondje of zelfs een paar dagen van huis bent voor bijvoorbeeld het werk of een vakantie met z’n tweetjes. Vooral als dat voor de eerste keer gebeurt is het verstandig over een vertrouwd logeeradres te beschikken. Bijvoorbeeld bij opa en oma.
Bereid je kind erop voor dat het een of meer nachtjes bij iemand anders gaat logeren. Vertel het, liefst een paar dagen van tevoren, wat de bedoeling is. Beantwoord eventuele vragen van je kind rustig en voorkom dat het onzeker of angstig wordt. Logeren moet je tenslotte ook leren.

Kalender of dagboekje

Om je kind goed voor te bereiden kun je bijvoorbeeld een soort kalendertje maken waarop staat wanneer jullie weggaan en weer terugkomen. Wanneer je kind een paar dagen ergens logeert kun je ook een soort dagboekje waarin staat wat het iedere dag kan doen.
Bijvoorbeeld: dag 1 maak een tekening, dag 2 mama opbellen, dag 3 een plakwerkje maken etc.

Zijn de bladzijden uit het dagboekje gedaan, dan komen papa en mama hem of haar weer ophalen. Eventueel kunnen de ouders een kaartje opsturen, dat weer in het dagboekje geplakt kan worden.

Broertje of zusje mee

Als het voor de gastouder(s) niet te belastend is kan je kind natuurlijk ook vergezeld worden van een broertje of zusje. Dat maakt alles meestal een stuk vertrouwder. Je kinderen hebben dan steun aan elkaar. Afhankelijk van de leeftijd kun je het logeren voor je kind of kinderen veraangenamen door het treffen van goede voorbereidingen.

Koffer

Zoek een leuke eigen koffer uit en pak die samen in. Wat moet er allemaal mee? Er gaat altijd iets eigens van het kind mee. Natuurlijk de knuffel, een leuk boek, speelgoed, misschien een eigen kussen, eventueel foto’s van papa en/of mama. Dan natuurlijk een (logeer)pyjama, een tandenborstel, wat kleertjes, misschien een eigen nachtlichtje, etc.

Maak met degene waar je kind logeert vooraf duidelijke afspraken en vertel zoveel mogelijk over de gewoontes van je kind en over een eventueel bed ritueel: Bijvoorbeeld wanneer het pyjamaatje aan gaat, de tanden worden gepoetst en dergelijke. Laat de logeerouders ook altijd even van tevoren aangeven hoe laat het bedtijd is, dat er nog voorgelezen wordt etc.

Verschillen

Alleen uit logeren gaan is voor je kind heel spannend, maar ook goed voor de ontwikkeling.

– Je kind leert omgaan met verschillen. De regeltjes thuis zijn anders dan bijvoorbeeld bij opa en oma. Ook de badkamer en de wc zijn anders. Misschien is de slaapkamer niet boven maar juist beneden. De meubels zien er anders uit etc.

– Je kind leert zich aan te passen aan een andere omgeving.
– Uit logeren gaan is goed voor het zelfbeeld.
– Uit logeren gaan ontwikkelt de zelfstandigheid.

Mocht je kind desondanks heimwee krijgen, dan is het van belang dat degene bij wie het logeert hem of haar weet gerust te stellen en daarvoor de tijd neemt. Laat de gastouder je kind over thuis vertellen of tekenen. Vertel dat er leuke dingen worden gedaan en zorg voor veel afleiding.

Laat, als ouder, niet merken dat je er zélf moeite mee hebt. Dat voelt een kind goed aan.

En mocht je kind eens verdrietig zijn, raak dan niet in paniek. Ook logeren is weer zo’n ervaring waar je kind én jij beter van worden.

Ontwikkelingsvoorsprong

Voorsprong herkennen

De ontwikkeling van kleuters verloopt sprongsgewijs en niet rechtlijnig, zoals bij oudere kinderen. Daarom zijn ze nog te jong om al direct te kunnen vaststellen dat ze hoogbegaafd zijn. Hun ontwikkeling kan immers nog alle kanten op.

Soms kunnen en kennen kleuters ineens al veel, maar een andere keer weer niet. Vaak is dat afhankelijk van de vraag waar hun interesse op een bepaald moment ligt. De ene keer zijn ze erg geïnteresseerd in fietsen of klimmen en klauteren, de andere keer gaan ze helemaal op in rijmen of woordjes klappen. Daarom is het belangrijk te letten op een aantal kenmerken die kunnen duiden op een voorsprong. Wanneer je kleuter een eventuele voorsprong vasthoudt, spreken we van een “ontwikkelingsvoorsprong”.  De omgeving van de kleuter, zoals het gezin en de school, helpt mee aan die ontwikkeling.

Kenmerken om een ontwikkelingsvoorsprong bij kleuters te herkennen zijn bijvoorbeeld:

  1. Het kind is erg taalvaardig en spreekt in goed opgebouwde zinnen. Het kan duidelijk maken wat het wil of wat er in hem of haar omgaat.
    2. Het kind heeft een grote belangstelling voor allerlei onderwerpen en stelt daar gerichte vragen over.
    3. Het kind is al zelfstandig, ondernemend en taakgericht. Het werkt vaak geconcentreerd en wil dingen perfect doen.
    4. Het kind heeft een goed geheugen.
    5. Het kind heeft een empathisch vermogen en kan zich inleven in een situatie van de ander.
    6. Het kind kan al vroeg tellen, terugtellen.
    7. Het kind past zich snel aan in een groep.
    8. Het kind kan met veel dingen tegelijk bezig zijn.
    9. Het kind is al vroeg geïnteresseerd in letters en cijfers.
    10. Het kind kan creatief oplossingen bedenken.

Op school

Op school kan de leerkracht een kind met ontwikkelingsvoorsprong signaleren, door:

1. Het kind te observeren en de kenmerken op te sporen.
2. In gesprek te gaan met de ouders. Zij merken vaak dat hun kind thuis meer laat zien.
3. Vervroegd toetsen af te nemen zoals de begrippen- en ordeningstoets.
4. De woordenschat en zinsbouw te testen doormiddel van het vertellen in de kring en/of het in de goede volgorde navertellen van een verhaal. Maar ook bijvoorbeeld het kunnen vertellen aan de hand van een “praatplaat”.
5. Opdrachten te geven om met bijvoorbeeld mozaïek, de kralenplank of bouwblokken, figuren en bouwvoorbeelden na te kunnen leggen of zelf te maken.
6. Door relatief moeilijke opdrachten te geven met de verschillende constructiematerialen zoals bijvoorbeeld Lego, K’nex of Vertifix.
7. Het kind uitdagender opdrachten te geven om zelf hun vaardigheden te verrijken in het werken met verschillende materialen, zoals:
mozaïek met z’n tweeën; Het ene kind maakt een figuur, en het de andere maakt daarvan het spiegelbeeld.
–  Telwel; Maak de opdracht moeilijker door er telkens 2 bij op te tellen, dus 3 wordt 5.
Hamertje tik; Het kind moet iets maken met een bepaald aantal vormen. (bijvoorbeeld een poppetje van alleen vierkanten, of driehoeken)
8. Het aanbieden van bepaalde denkspellen.

Sociale vaardigheid

Omgang met anderen

Het is belangrijk dat kinderen leren omgaan met leeftijdgenootjes, leren luisteren naar elkaar en leren samen te spelen en te delen. En ook dat ze zich leren verplaatsen in een ander, om zo een positief zelfbeeld en het zelfvertrouwen te bevorderen.

Sociale vaardigheid leren op school

In de groep wordt er vaak geoefend en gespeeld middels een rollenspel en poppenspel. Ook wordt er gebruik gemaakt van praatplaten en muziek en worden verdrietige en vrolijke gebeurtenissen, die op school of thuis plaats vinden, besproken. Zo leren de kinderen om te gaan met hun eigen gevoelens, maar ook met die van anderen.

Vaak wordt dat gedaan naar aanleiding van een bepaald thema, dat de kinderen erg aanspreekt. Er wordt niet alleen over gesproken, maar ook over gewerkt. Zo kunnen kinderen bijvoorbeeld door middel van knip- en plakwerk en/of tekenen een collage maken over hun gevoelens. Zo kunnen ze uitdrukken dat ze bijvoorbeeld bang, verdrietig, blij of boos zijn.

Thema’s

Zo’n thema kan eventueel afgesloten worden met een kleine tentoonstelling. Ieders plakwerk of tekening wordt opgehangen in de klas of hal. Zo kun jij als ouder zien wat je kind heeft gemaakt en kan je kind bovendien een uitleg geven van het gemaakte. Samen erover praten is altijd goed.

« Oudere berichten Recent Entries »