Tag Archives: handicap

Afwijkende ontwikkeling van kleuters

Omdat ieder kind anders is

Ieder mens is verschillend, dus dat geldt ook voor kleuters. Daarom zetten wij de meest voorkomende “afwijkingen” in de ontwikkeling van kleuters op een rijtje.

Achterstand in de motoriek:

  • Het kind heeft problemen met fijn motorische taken, zoals knippen en knutselen
  • Het kind is onhandig (veel vallen, stoten, dingen omstoten)
  • Het kind heeft een houterige motoriek of een opvallende houding
  • Het kind heeft geen plezier in bewegen (gymlessen, spelen op straat)
  • Het kind heeft veel angst in bewegingssituaties (schommelen, klimmen, springen)
  • Het kind overschat of onderschat zichzelf bij bewegingstaken
  • Het kind heeft te weinig of juist te veel spierkracht

De leerkracht kan bepaalde oefeningen geven, om de achterstand te verhelpen. Mochten deze niet helpen, dan kun je als ouder overwegen om een therapeut in te schakelen.

Achterstand in taalontwikkeling

Heeft je kind bij het begin van groep 1 een taalachterstand in het Nederlands? Misschien heeft het te weinig Nederlands gehoord en gesproken. Maar ook als een kind thuis Nederlands praat, kan het een taalachterstand hebben.
Misschien heb je te te weinig met je kind gepraat of te weinig voorgelezen. Kinderen moeten ook moeilijke woorden en lange zinnen kunnen begrijpen.

Zoek de schuld van een taalachterstand bij je kind niet te gauw bij jezelf. Niet alle kinderen nemen even snel op. Taalachterstand kan ook te maken hebben met de aanleg van je kind. Misschien is het niet zo’n snelle leerling of heeft het niet zo’n goed taalgevoel. Soms is er een andere oorzaak. Dan is een kind bijvoorbeeld dyslectisch of heeft het al een taalachterstand opgelopen doordat het doof of slechthorend is.

De leerkracht of de remedial teacher (een ondersteunende leerkracht) zal je kind dan een aantal weken een speciaal ontwikkeld lesprogramma geven. Vaak wordt de taalachterstand daardoor al snel ingelopen. Thuis kun jij je kind ook helpen door veel met hem of haar te praten en boekjes te lezen.

Achterstand in spraak
Als ze op school komen, kunnen sommige kinderen bepaalde letters nog niet uitspreken. Dat is meestal geen probleem. Doorgaans gaat dit al over als kinderen een paar weken op school zitten. Zo niet, dan kan de school een logopediste inschakelen.

Hakkelen 
Dit is het niet vloeiend spreken en kan op verschillende manieren tot uiting komen. Bijvoorbeeld:

  • Herhalen van klanken (b-b-b-boek), woorddelen (ta-ta-ta-tafel) of woorden (ga-ga-ga je mee?),
  • Verlengen van klanken (mmmmag ik mee?),
  • Vast blijven zitten op bepaalde klanken door grote spierspanning en blokkeren van de adem;
    je wil iets zeggen, maar het lukt niet.

Tijdens de spraak-/taalontwikkeling (tot circa 6 jaar) maken sommige kinderen een periode door waarin zij hakkelend of haperend spreken. Een kind in deze ontwikkelingsfase is nog niet altijd in staat zijn gedachten om te zetten in woorden en zinnen. Wanneer het iets te gehaast of gespannen wil vertellen, struikelt het soms over zijn woorden. Dit is normaal tijdens de spraak- / taalontwikkeling.

De onregelmatigheden verdwijnen meestal als het kind zijn gedachten beter onder woorden kan brengen. Het hakkelen of haperen hoeft beslist geen stotteren te worden.

Hoogbegaafd

Sommige kinderen lopen (ver) voor qua ontwikkeling. Ze komen vaak goed uit hun woorden, snappen de opdrachten direct en vinden het leuk om moeilijke dingen te doen. Als dat het geval is dan zorgt iedere goede school voor een aan het kind aangepast programma om hem/haar te blijven uitdagen.

Rugzakje

Passend onderwijs

Tegenwoordig kunnen ook kinderen die speciale aandacht nodig hebben, vanwege een lichamelijke beperking, een leerachterstand of een gedragsprobleem, gewoon op reguliere basisscholen terecht. Dit wordt Passend Onderwijs genoemd en is erop gericht kinderen niet onnodig in het speciaal onderwijs te plaatsen. Dat is beter voor de ontwikkeling van het kind en bespaart de overheid veel geld.

Vaak moet de school daarvoor extra inspanningen leveren. Om deze te bekostigen kunnen ouders een “rugzakje” aanvragen. Het kind neemt als het ware geld mee naar school. Zo kunnen met dit geld extra leermiddelen, begeleiding (of bijscholing) van de leerkracht en dergelijke betaald worden.

Een commissie bepaalt of een kind in aanmerking komt voor zo’n rugzakje. Doorgaans komt een kind met ADHD of dyslexie niet in aanmerking voor een rugzakje, omdat die commissie vindt dat de school bij enkelvoudige problemen zélf wel voldoende begeleiding kan bieden,

Soms kan de school die extra begeleiding niet geven, omdat het kind een ernstige handicap heeft en/of meerdere problemen. In zo’n geval wordt het kind doorverwezen naar het speciaal onderwijs, waar het in kleinere groepen met meer gespecialiseerde begeleiding (voor de handicap) een vergelijkbaar lesprogramma krijgt.